dinsdag 26 maart 2013

Om jullie even te laten wegdromen...

Na het blogbericht van Anneleen wil ook ik, Jolien, mijn avonturen van de voorbije werkweek en weekend met jullie delen (voor mij begint nu al de twee weken durende paasvakantie). Ik heb vorige week helemaal niet stilgezeten en heb dus weer heel wat nieuwtjes!


Terwijl ik dit bericht aan het typen ben, zit ik met m’n laptop buiten te genieten in de schaduw (in de zon is het niet vol te houden, ik schat dat het nu om 12 uur 35 graden is.) Ik heb een prachtig uitzicht op de daken van enkele krotjes en vóór de krotjes bevindt zich onze ‘Belgische studentenkamer’. Nu zit ik hier op een verhoog onder de schaduw van de bladeren van een kokosboom. Op de achtergrond hoor ik Afrikaanse muziek, tetterende mensen in de straat en bovenal geniet ik van een heerlijke cakegeur die afkomstig is van het cakebakkerijtje hier vlakbij. Zalig!

Vorige week bracht ik door op het operatiekwartier of hier het ‘main theatre’ genoemd waar allerlei operaties uitgevoerd worden. Zelf heb ik volgende ingrepen kunnen bijwonen: debridement van diabetische voet, hydrocoele bij een 4-jarig jongetje, besnijdenis van een ander jongetje (wordt hier vanwege het moslimgeloof bij elke jongen uitgevoerd), debridement van hoofdhuid bij een meisje van 28 dagen veroorzaakt door sepsis. Omdat het niet altijd even druk is op de 'main theatre' werkte ik één voormiddag en één namiddag op de ‘maternity theatre’. Hier kon ik vier keizersnedes en één ovariawegname bijwonen.

Anneleen en ik wilden al lang eens een les bijwonen en hebben dat de eerste week van ons verblijf ook meegedeeld. Tot nu toe konden we via die persoon (hoofdverpleegkundige pediatrie) nog altijd geen goedkeuring krijgen. Tegenwoordig kijken we hier niet meer raar van op, we zijn namelijk in Afrika en hier hebben we stress nog steeds niet gezien. Omdat we immers niet konden blijven wachten, besloot ik het via de hoofdverpleegkundige van het operatiekwartier te proberen. Uiteindelijk heb ik via deze persoon de contactgegevens kunnen krijgen van de verantwoordelijke van de nurseryschool.

Samen met Anneleen gingen we vrijdagvoormiddag naar de school voor student-verpleegkundigen, vroedvrouwen en geneeskunde, die vlakbij het ziekenhuis gelegen is. Hier in Gambia duurt de opleiding verpleegkunde net zoals in België drie jaar. We konden een les samen met de vroedvrouwen bijwonen. Er waren enkele studenten die het diploma verpleegkunde reeds op zak hadden en nu dit 4de specialisatiejaar volgden zodat ze zowel verpleegkundige als vroedvrouw zijn. Volgende zaken vielen ons op:

- De klas bestond uit een kleine 40 tal studenten en iedereen zat, zoals we ook gezien hebben in het islamitisch schooltje, heel dicht bij elkaar
- De studenten droegen niet enkel hun witte verpleegkundekleren om te werken in het ziekenhuis, maar ook om de les mee te volgen
- Leerboeken waren niet aanwezig. Elke student had wel een blanco schrift bij zich dat diende om notities in te maken over de les
- Het lokaaltje was voorzien van een beamer en een groot krijtbord, voor de rest waren de muren redelijk kaal
- De lessen verliepen vrij rumoerig; wanneer de studenten bedenkingen hadden, konden ze die steeds gedurende de les luidop meedelen. Ook ontstonden tijdens het één uur durende lesje enkele keren pittige discussies tussen de leerkracht en de studenten. We vonden het allebei heel interessant om te weten hoe het er hier aan toe gaat. In april zullen we proberen om een les samen met student-verpleegkundigen bij te wonen.


Wanneer ik nadien aankwam op het operatiekwartier, bekeek ik de planning voor die dag en volgende ingrepen zag ik genoteerd: debridement van diabetische voet, wegname borstabces en ingreep t.h.v. de slokdarm bij een jongen die een chemisch product gedronken had. Uiteindelijk ging enkel de operatie van de diabetische voet door. De andere werden geannuleerd omdat de vrouw niet wist dat ze nuchter moest blijven en omdat de dokter die de operatie van de jongen zou uitvoeren, niet was komen opdagen. De namiddag was bijgevolg erg rustig waardoor ik een kijkje nam in de materniteit en zo twee kinderen heb zien geboren worden met een keizersnede. Uiteindelijk heb ik kunnen meehelpen om de eerste zorgen toe te dienen.
’s Avonds wou ik het weekend goed inzetten. We hadden afgesproken om na de lunch (rond 16 u.) het Abuko Nature Park te bezoeken. Gert-Jan vergezelde ons samen met Shanna, een Belgische student die in de City Council van Banjul werkt. Ook haar tweede mama, Fatou, bij wie ze verblijft, ging mee op uitstap. Omdat Fatou een eigen auto heeft, waren we snel en comfortabel ter plaatse. Eens aangekomen betaalden we een gids die ons door het park leidde en met wie we een wandeling van ongeveer 3 km maakten. Door de gids waren we op het einde van de avond een paar weetjes rijker. Wist je dat we in het park lianen hebben zien slingeren en gevoeld hebben aan de harde termietheuvels? Ook is het reservaat vooral bekend vanwege het grote aantal vogels dat het herbergt. Naast deze diersoorten zagen wij ook hyena’s, antilopen en nog zoveel meer. Het park deed mij denken aan de jungle gekend van de disneyfilms. We sloten de avond af met een lekker diner in Kololi, een echte toeristentrekpleister.


Zaterdag stond Brikama op het programma. Als lokale gids hadden we een buur meegenomen. Deze buur, Abubackar genaamd, heeft familie in Brikama en zou ons rondleiden. Een 30 minuten durende tocht met de bushtaxi bracht ons op de plaats van bestemming. We maakten kennis met zijn familie en vervolgens verkenden we de markt van Brikama. Deze markt is te vergelijken met deze in Banjul, een drukke plaats waar vis, vlees, groenten… te koop zijn. Ondertussen hebben we een nieuwe lekkernij ontdekt: poeder dat gebruikt wordt om water aan te lengen. Dit poeder in verschillende smaken (mango, bosbessen, sinaasappel, kokosnoot, ananas…) kreeg een plaatsje in onze rugzak.


Omdat het al behoorlijk warm begon te worden rond de middag, besloten we wat afkoeling te zoeken in het 'forest' dat we zouden bezoeken. Hoge bomen kunnen voor afkoeling zorgen, dachten we, maar die afkoeling hebben we niet gevonden aangezien het 'forest' uit verdorde bomen en struiken bestond..

Een bezoek aan de woodcraft market (houtsnijmarkt) mocht zeker niet ontbreken, aangezien Brikama hiervoor gekend staat. We konden zien hoe prachtige figuren uit houten blokken werden gehouwen. Het hoogtepunt was dat een Gambiaan een dolfijntje ontwierp uit hout, nadien gaf hij het ons als geschenk. Veel mensen probeerden ons te overtuigen om heel wat handgemaakte voorwerpen te kopen. Na wat afdingen zijn we heel wat souvenirs rijker. We keerden allemaal al liftend huiswaarts met een goed gevulde rugzak.


Ook zondag waren we al vroeg op pad. Samen met Gert-Jan, Catherine, Shanna, Terresita (de vrouw van Ecquador die hier is voor missiewerk), Mounir (de zoon van Fatou) stak ik voor de eerste maal de rivier ‘the Gambia’ over naar Barra. Dit gebeurde in een houten boot die door Gambianen zelf ineen getimmerd was. Om te verhinderen dat onze voeten/benen nat zouden worden bij het plaatsnemen in de boot, hebben de Gambianen hier iets op gevonden. Heel wat mannen stonden klaar om ons één voor één op de schouders naar de boot te brengen. Wanneer de boot volledig gevuld was met mensen (bij ons duurde dit 45 minuten), konden we vertrekken. De vrouwen en kinderen zitten in het midden van de boot. Omdat zij geen zicht hebben van wat er buiten de boot gebeurt, zorgt dit voor heel wat misselijkheid. Deze uitleg gebruikten wij om na enig aandringen en ondanks het feit dat we vrouw waren, toch aan de zijkant plaats te nemen. Nadat alle life-jackets aangetrokken waren, kwam er eindelijk beweging in de boot.

Aan de overkant van de rivier bevindt zich de stad Barra. Sarjo, iemand die in de City Council werkt, wachtte ons reeds op. Met hem bezochten we het Fort Bullen waarvoor Barra bekend is. Na wat foto’s genomen te hebben in het museum en genoten te hebben van de mooie kust met hier en daar wat baobabbomen, konden we onze tocht verder zetten. We onderhandelden met de taxichauffeurs over een goede prijs en reden toen landinwaarts langs een erg bestofte weg. James Island was ons eindpunt. Dit is een plaats die bekend staat voor de slavenhandel. Heel wat slaven werden via deze plaats naar Amerika getransporteerd.

Toen begon ons maagje alweer te knorren en werden we bij Sarja uitgenodigd voor de lunch. Als welkomstdrankje kregen we een verfrissende baobbabjuice met stukjes fruit (dit drankje smaakt een beetje naar yoghurt). Nadien konden we meegenieten van het gerechtje ‘jassa’ genaamd (dit is een Gambiaans gerechtje met rijst en vis). Meer dan voldaan gaven we de gastheer meegebrachte Belgische speculaaskoekjes als bedanking voor de gastvrijheid. Het was toen reeds 18 uur en dit betekent dat de laatste ferry naar Banjul bijna ging vertrekken. Aangezien Catherine de volgende dag terug moest les geven, keerde zij als enige terug naar Banjul. Wij zetten onze tocht verder naar Jinack Lodge waar we zouden overnachten. Deze lodge bevindt zich op Paradise Island. Echte toeristen voelden we ons wanneer we met de 4x4 doorheen het Niumi National Park reden om dit eiland te bereiken. Een onbeschrijfelijk gevoel om deze prachtige natuur rondom je te zien. Toen men vroeg waar we wilden overnachten (ofwel in tenten ofwel in een kamer), hadden we allen snel beslist. In tenten de nacht doorbrengen, daar hadden we allemaal wel zin in! Rond het kampvuur klonken we met een baobabbjuice in onze handen op een meer dan geslaagde dag!


Het geluid van de vogels en het water van het strand alsook het licht van de zonsopgang wekten ons. Klaar voor een nieuwe dag die startte met een ochtendwandelingetje aan het strand. Als ontbijt aten we tapalapi (Gambiaans stokbrood) belegd met ananasconfituur. De batterijen waren weer opgeladen en we konden weer verder het eiland verkennen. Op het eiland is er één lagere school. In deze school werden we goed ontvangen, we kregen een rondleiding en konden de les meevolgen in een klasje. Naast het schooltje bevond zich een waterput en een tuintje met allerlei soorten groentjes en fruitbomen (mango, bananen…). We maakten kennis met enkele voor ons onbekende Afrikaanse groenten/vruchten. Ook bekende groenten zoals sla, ui en tomaten waren er. Dit tuintje heeft naar ons inzien heel wat voordelen. Eerst en vooral worden de kinderen voorbereid op een leven waar ze zelf groenten kunnen kweken en daarnaast worden de groenten nog eens gebruikt om op te eten door de kinderen bij de lunch.


Samen met de kinderen waarvan de les net beëindigd was, verlieten wij het gebouwtje. De kinderen stelden ons allerlei vragen ‘What’s your name? Where are you from? …’ Het viel ons op dat er enkele kinderen waren die als rugzak een simpel plastiek zakje gebruikten. Ondertussen was het middag en het zand onder onze voeten voelden we branden ondanks dat we gesloten schoenen aan hadden. Een drankje met uitzicht op de spelende kinderen in het water deed heel veel deugd. Deze kinderen waren op zoek naar gesloten schelpen die zich onder het zand bevonden. Deze worden gekookt en zijn blijkbaar een echte lekkernij. Vreemd keken we naar elkaar toen een jongetje vóór ons kwam staan met een krab in zijn handen. Hij stak de levende verse krab die hij nog maar net zelf gevangen had, smakelijk in zijn mond! We hoorden de krab kraken in zijn mond. Nog eventjes relaxten we aan het water terwijl Gert-Jan een frisse duik nam en toen was het tijd om huiswaarts te keren.
Vandaag, dinsdag heb ik een ietwat rustigere dag gepland: dit blogbericht getypt, foto’s bekeken en gesorteerd, naar het ziekenhuis geweest om onze aankopen te overhandigen (meer info hierover in een volgend blogbericht)… 

Vele groetjes,

Jolien

Geen opmerkingen:

Een reactie posten